Na bijna een half jaar voorbereiding was het15 februari eindelijk zo ver. De open avond op het Odulphuslyceum. Een half jaar voorbereiding? Dan moet het zeker wel belangrijk en spannend zijn geweest? Dat laatste in ieder geval niet. Waar het binnenhalen van nieuwe leerlingen ieder jaar weer enorm belangrijk is (want schoolgeld), was spanning ver te zoeken. Dit heeft (in mijn geval) twee oorzaken. De eerste is dat ik mezelf absoluut geen slechte muzikant hoef te noemen, al speel ik krap vier jaar gitaar. Hierdoor kende ik mijn partijen goed. Dit, plus het feit dat ik al enige ervaring heb met optreden, maakte dat ik niet zenuwachtig was voor het optreden. De andere reden is dat de liedjes die we deden niet van een al te hoog niveau waren qua moeilijkheidsgraad, en daar ligt een klein puntje van kritiek. Bij het vak muziek wordt in kleinere groepen dan de hele klas gewerkt, zodat meerdere liedjes gespeeld kunnen worden en zodat iedereen wat te doen heeft. Iedere muzikant wil zoveel mogelijk laten zien wat hij kan op zijn instrument, maar dat konden sommigen, waaronder ikzelf niet genoeg in de liedjes die we tot nu toe hebben gedaan. Qua gitaarspelen ben ik tot nu toe beperkt gebleven tot het spelen van akkoorden. Dat is op zich niet erg, maar wel als je betreffend liedje enkele weken achter elkaar moet blijven spelen. Dat het spelen van liedjes ook een stukje te maken heeft met het voorstellen van nummers is begrijpelijk, maar het blijft wel een puntje van aandacht. Een nadeel van de liedjes (ik denk dat dat met alle liedjes zo is) is dat ze op een gegeven moment beginnen te vervelen. Dan moet de keuze tussen vaak nieuwe nummers doen of oude nummers blijven verbeteren worden gemaakt en het blijft toch belangrijk dat je er, zodra je op moet treden, stáát, wat betekent dat blijven verbeteren de voorkeur verdiend. Ik heb tot nu toe, meer dan ooit, geleerd dat je je als gitarist, eigenlijk als iedere soort muzikant, niet teveel op de voorgrond moet willen dringen. Muziek is meestal iets wat je samen doet, en wat alleen mooi is als alles in balans is. Ik merk dat ik me enorm kan storen als mensen zichzelf harder zetten of harder spelen omdat ze zichzelf beter willen horen, terwijl dit voor de luisteraar helemaal niet nodig is. Ik heb aan Jasper en Thomas tot nu toe eigenlijk het meest gehad. Met hen speel ik al bijna drie jaar in een band, dus we voelen bij elkaar redelijk goed aan wat we wel en niet tegen elkaar kunnen zeggen. Zij durven dus ook eerder iets tegen mij te zeggen en ik denk dat andere mensen, die ik minder goed ken en die mij minder goed kennen, dat minder goed durven. Ik heb eigenlijk weinig niet geleerd wat ik wel verwacht had te leren. Iets waar ik altijd meer van heb willen weten zijn zaken rondom het opnemen van muziek. Ik verwacht echter niet dat dit in de les terugkomt, omdat daar niet echt de mogelijkheden voor zijn, voor zover ik weet. Waar ik ook meer over wil weten is het maken van muziek op de computer. Op dat gebied komen die workshops natuurlijk erg van pas, daar ben ik dan ook benieuwd naar.
Om terug te komen op de open avond, die ging voorspoedig. Het spelen ging lekker, en omdat er tijdens de optredens ook een aantal medeschoolgenoten kwamen kijken was het extra leuk. Het was ook leuk dat we de mensen van 6 VWO een beetje leerden kennen, daar zaten wel een paar aardige gasten tussen.